In 2017 krijg je als werkgever te maken met diverse aanpassingen in wetten en regels. Een aantal daarvan valt in het voordeel van werkgevers uit. HRM-Friesland zet de belangrijkste wijzigingen alvast op een rij.
Aanpassing minimum jeugdloon
Het kabinet wil dat werknemers een minimumloon verdienen waarvan ze kunnen rondkomen. Het minimumloon wordt daarom in 2017 verhoogd. Zo krijgen 22-jarigen krijgen per 1 juli 2017 recht op het volledige minimumloon. De staffels voor 18- tot en 21 –jarigen worden ook verhoogd. Het volledige minimum maandloon (de eerste zes maanden nog voor werknemers van 23 jaar en ouder) bedraagt per 1 januari € 1.551,60.
Volledig minimumloon betalen
Vanaf 1 januari 2017 moet je werknemers het hele minimumloon betalen. Constructies waarbij je bedragen op het minimumloon inhoudt, zijn niet meer toegestaan. Denk hierbij aan het inhouden van maaltijdkosten of verzekeringspremies. Op het minimumloon mogen alleen volgens de wet verplichte of toegestane bedragen worden ingehouden. Voorbeelden hiervan zijn belastingen en premies.
Nieuw: Lage-inkomensvoordeel (LIV)
Wanneer je in 2017 een werknemer in dienst neemt die het wettelijk minimumloon of net iets meer verdient, kun je profiteren van het lage-inkomensvoordeel. Dit is een nieuwe maatregel uit het wetsvoorstel ‘Tegemoetkomingen loondomein’. Hierin staat dat werkgevers per 1 januari 2017 onder voorwaarden recht krijgen op het zogenoemde lage-inkomensvoordeel (LIV) als ze werknemers in dienst hebben die tussen de 100% en 120% van het wettelijk minimumloon verdienen. Dit voordeel kan oplopen tot € 2.000 per werknemer per jaar.
Extra steun bij aannemen 50-plusser
Werkloze vijftigplussers krijgen in 2017 een steuntje in de rug. Vijftigplussers worden ondersteund bij het vinden van werk en als werkgever word je gestimuleerd om hen aan te nemen. Zo verlaagt het kabinet de leeftijdsgrens van de no-riskpolis naar 56 jaar voor de langdurige oudere werkloze. Als werkgever ben je alleen de eerste 13 weken voor het ziekengeld aansprakelijk wanneer je werknemer binnen vijf jaar na indiensttreding ziek wordt en voor de indienstneming langer dan 1 jaar werkloos was.
Arbowet: inzetten op ziektepreventie
Het kabinet blijft inzetten op de preventie van beroepsgerelateerde ziekten en ongevallen. In de Arbowet verandert er daarom het één en ander met betrekking tot de rol van de bedrijfsarts. Zo krijgt elke werknemer direct toegang tot de bedrijfsarts via een open spreekuur. Werknemers hebben daarnaast recht op een second opinion van een andere bedrijfsarts.
Wijziging Participatiewet
De Participatiewet wordt op twee punten vereenvoudigd. Als het gaat om loonkostensubsidie krijg je voor ‘doelgroepwerknemers’ die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen, een half jaar lang een loonkostensubsidie van 50% van het minimumloon. Ook de groep van ‘scholingsbelemmerden’ valt straks onder de doelgroep van de banenafspraak en de no-riskpolis. Voor deze werknemers geldt in 2017 een premiekorting van maximaal 2 duizend euro per werknemer per jaar gedurende drie jaar.
Bijtelling bedrijfs- en leaseauto’s
Vanaf 2017 geldt een algemeen bijtellingspercentage van 22 % bij privégebruik van zakelijke personenauto’s. Daar is nog maar één uitzondering op: 4 % bijtelling voor auto’s die in het geheel geen schadelijke stoffen uitstoten. Hierbij gaat het om elektrische wagens en waterstofauto’s.
2018: Transitievergoeding bij ziekte
Werkgevers die een zieke medewerker na 2 jaar ontslaan, moeten nu nog een transitievergoeding betalen. Dat kan flink in de kosten lopen, logisch dat veel werkgevers hier niet blij mee waren. Die transitievergoeding voor zieke medewerkers wordt afgeschaft. Niet direct, maar er komt een wet, waarbij de werkgever compensatie krijgt uit het Arbeidsongeschiktheidsfonds. Lees ook ons blog over deze verandering.